Ik wil de geschiedenis ingaan als uitvinder van de benaming voor een historische periode. "De Eeuw van de Rekbare Begrippen", dacht ik zo. Er bestaan immers geen vaste definities meer. Een man, een vrouw? Het hangt er maar van af hoe ge u voelt (genderidentiteit). Dus een vrouw die zich man voelt en verliefd is op een vrouw, is niet homoseksueel maar heteroseksueel. Een veertigjarige man met vijf kinderen die zich zes jaar voelt is een kind en kan bijgevolg geadopteerd worden.
Een ander voorbeeld – Let wel: het gaat me hier gewoon om voorbeelden, niet om iets te be- of veroordelen. Ik lees een artikel over een jongedame die seks heeft met (oudere) mannen en dan nadien geld krijgt. “Maar ik ben geen prostituee (in de tekst staat hoer, foei). Zij hebben nu eenmaal geld, en ze willen het uitgeven. Seks is nooit de vereiste of de verwachting", zegt ze. "Het is zoals andere relaties. Het geld is veeleer een geschenk dan een transactie." Het is zoals andere relaties dus. Zoals die van een vader die zijn dochter een cadeau geeft? Of een jongen zijn moeder? Nu moet ik toch even blozen.
En een ander artikel over
rijlesinstructeurs die - zo oordeelt de (Nederlandse) rechtbank - mogen betaald
worden in natura, zoals seks, want ook dat is geen prostitutie. Betalen voor
seks is prostitutie en dan komt boze Milquet u een rode brief in de
brievenbus steken, heren. Seks als betaling niet. Dat is perfect in orde,
dames.
Opdat u niet zou denken dat het alleen om seks draait, een ander
voorbeeld. Tegen een blanke Marokkaan zeggen dat hij Marokkaan is, is racisme,
terwijl Marokkaan geen ras is en die mens even blank kan zijn als gij. Een
religie bekritiseren is racisme, terwijl religie geen ras is. Een blanke die
zich zwart schildert en Zwarte Piet speelt is een racist. Een zwarte die Zwarte
Piet speelt niet. Trouwens, er bestaan toch geen rassen?!
Racisme is blijkbaar
een elastiek, ook al roepen de hanteerders van het begrip dat het absoluut is
en in geen enkel opzicht relatief. Maar volgens mij past een elastiek rond de
meeste dingen die ge wilt inpakken en is hij dus relatief (d.i. afhankelijk van de
toevallige relatie). Tot ge hem gaat overrekken, nietwaar. Relatief is trouwens
zelf een rekbaar begrip. Maar dat zou ons te ver voeren.
Hetzelfde geldt voor
seksisme. Meisjes die minder goed scoren in een onderwijssector: hier is een
verderfelijke, sluipende vorm van seksisme aan het werk en een hele batterij
onderzoekers schiet aan het werk samen met een minister. Jongens die in alle
andere sectoren minder goed scoren ... Jongens onder de 25 meer doen betalen
voor een autoverzekering dan meisjes ... Hoe? Wat? Waar? Niks van gemerkt. Geen
vuiltje aan de lucht. Vreemdelingen die de taal niet spreken liever niet in uw
huurappartement: discriminatie en dus een klacht van Wouter Van Bellingen.
Mannelijke inboorlingen die alleenstaand zijn liever niet in datzelfde
appartement: Wouter draait zich nog eens om in zijn bed.
Armoede: nog zo’n
rekkertje. Vandaag is iemand arm als hij niet op vakantie kan gaan of geen GSM
kan kopen van het kaliber waar de buren mee lopen te pochen. In plaats van
absolute minima als onderdak, eten, kleding ... te hanteren, hanteert men
liever een flexibele, lees: relatieve standaard die mee op en neer deint met de levensstandaard.
Een soort benjispringen. Bijkomend voordeel: er blijft altijd armoede om
verontwaardigd over te zijn.
Nog iets: vrijheid van mening. Ja maar niet voor
alle meningen. Bepaalde meningen zijn bij wet verboden. Of zullen dat binnen
afzienbare tijd zijn. Nog eentje: schoonheid. Van een rekbaar begrip gesproken.
Vandaag moet ge esthetisch ontroerd geraken door lelijke dingen. Maar ja: wat
is lelijk? Lelijk en mooi zijn eigenlijk al een hele poos relatieve begrippen.
Om kort te gaan, ik kan niet meer goed mee in deze tijd van elastisch
vocabularium. Een tijd waarin ge dus nooit meer weet wat ge kunt zeggen, want
als een ander wat gaat rekken aan uw woorden zit ge meteen in het omgekeerde
van wat ge bedoelt.
Ik wilde dus voorstellen onze tijd te betitelen als ‘de
Eeuw der Rekbare Begrippen’. Een serieuze concurrent & opponent voor de
‘Eeuw van de Verlichting’, als ge het mij vraagt. En toen kwam ik het volgende
artikel (hier) tegen. Blijkt toch wel dat men dat spelletje al sinds 1830 zit te
spelen in dit geweldige land. Ik denk dat ik er dus een periode van ga moeten
maken, zoals de Oudheid, de Middeleeuwen. Den Elastieken Tijd. Dat past perfect bij de Bronstijd, de Ijzertijd, de Gouden Eeuw. En voor iemand
gaat zeggen dat het toch wat simpel is van hier van alles zomaar op een hoop te
gooien: wat is simpel? Is dat niet de hoogste vorm van kunst, van perfectie?
Van een rekkertje gesproken.
Noodzakelijke nota voor slechte verstaanders die dit niet kunnen relativeren: ik vind dat men mensen moet kunnen laten zijn wat ze zijn en ze mogen van mij denken wat ze willen. Ik verwacht wel dat ze wie niet zo is of niet zo denkt, gerust laten. Maar ik haat elastieken taalgebruik.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten